De nieuwe versie van de Uitvoeringsregels vervangt de versie van september 2020 en bevat naast een aantal verbeteringen ook een aantal aanvullingen. Het gaat om de volgende wijzigingen.
CAO-ontslagcommissie, arbitrage of bindend advies
Als je gebonden bent aan een ontslagcommissie door een cao, dan heb je toestemming van deze ontslagcommissie nodig om de arbeidsovereenkomst op te zeggen. Het UWV is dan niet bevoegd. In paragraaf 1.2.3 is dit nu verder uitgelegd.
Meerdere bedrijfseconomische redenen
Je kan bij een ontslagaanvraag meerdere bedrijfseconomische redenen opgeven. Als je dat doet, moet je elke reden onderbouwen en toelichten. Dit is verduidelijkt in paragraaf 1.2.1.
Verklaring van vakbonden
De nieuwe paragraaf 1.3.1 gaat over wat het concreet betekent als je bij een collectief ontslag een verklaring van de vakbonden overlegt waarin je aangeeft dat voor een doelmatige bedrijfsvoering het voorgestelde aantal te vervallen arbeidsplaatsen noodzakelijk is.
Opzegverbod zieke AOW-gerechtigden
Je kan de arbeidsovereenkomst na dertien weken ziekte opzeggen bij een werknemer die de AOW- leeftijd heeft bereikt. Door het overgangsrecht is het opzegverbod bij ziekte nog geen zes weken. In paragraaf 4.2.1 staat dat dit overgangsrecht waarschijnlijk per 1 juli 2023 vervalt. Dan is het opzegverbod vanaf die datum wel zes weken.
Wet melding collectief ontslag (WMCO)
Hoofdstuk 5 over de Wet melding collectief ontslag is geactualiseerd en uitgebreid met een aantal nieuwe paragrafen. De nummering en inhoud van sommige paragrafen is daardoor aangepast:
- Paragraaf 5.3.2, 5.3.3 en 5.3.4: begrippen voornemen, werkgever en werknemer zijn toegelicht
- Paragraaf 5.3.6: ook andere vormen vallen onder ontslag. Bijvoorbeeld ook deeltijdontslag of een aanbod tot overplaatsing of herplaatsing onder de dreiging van ontslag.
- Paragraaf 5.3.7: in geval van oproep- en min-max contracten is sprake van beëindiging van de arbeidsovereenkomst in de zin van de WMCO.
- Paragraaf 5.3.8: melding bij vakbonden voldoende bij collectief ontslag bij faillissement. Bij schuldsanering natuurlijke personen geldt een gelijke meldingsplicht.
- Paragraaf 5.3.9: melden van collectief ontslag binnen drie maanden niet beperkt tot de periode voor of na een individueel ontslag.
- Paragraaf 5.7.1: het UWV mag bij collectief ontslag de ontslagaanvraag niet behandelen zolang je geen melding doet en verklaart dat je de vakbonden en de ondernemingsraad raadpleegt.
- Paragraaf 5.7.3: een voorlopige ontslagaanvraag telt ook mee voor het getalscriterium van twintig of meer voorgenomen ontslagen.
- Paragraaf 5.7.4: het UWV onderzoek niet of je voldoet aan het getalscriterium bij schijnzelfstandigen. Een werknemer kan hierover wel een uitspraak van de rechter vragen. Tot dit tijd rekent het UWV dit niet als een arbeidsovereenkomst.
- Paragraaf 5.7.5: Als een arbeidsplaats vervalt maar je wil de werknemer niet binnen 3 maanden ontslaan, dan is er geen sprake van een voornemen tot ontslag zoals in de WMCO.
Paragraaf 5.7.10: licht toe hoe artikel 3 en 6 van de WMCO aan elkaar zijn verbonden. Artikel 3 richt zich tot de werkgever en bepaalt dat de werkgever bij een voornemen tot collectief ontslag een melding moet doen bij de vakbonden en UWV. Artikel 6 richt zich tot UWV. UWV moet, zodra een ontslagaanvraag is ingediend, nagaan of sprake is van collectief ontslag.
Lees hier meer artikelen in het thema Einde dienstverband.
Beeld: Shutterstock