Afgelopen juli heb ik uitgebreid gesproken met onze marketeer. Ik heb haar verteld dat haar jaarcontract niet zou worden voortgezet en dat het dienstverband dus op 1 oktober eindigt. We hebben haar daarna in augustus en september nog een paar middagen vrij gegeven om te solliciteren. Op 1 oktober hebben we afscheid van haar genomen met een grote bos bloemen. En we hebben haar niet genoten vakantiedagen en de transitievergoeding aan haar uitbetaald. Nu krijg ik een briefje van haar dat ze aanspraak maakt op een maandsalaris, omdat we haar niet schriftelijk hebben laten weten dat haar contract niet zou worden verlengd. Moeten we betalen?
Het antwoord van Xpert Edith van Schie
Het korte antwoord is: ja.
In de wet staat dat een werkgever zijn werknemer met een tijdelijk contract (van zes maanden of langer) uiterlijk één maand voor het einde van het contract schriftelijk moet laten weten of het dienstverband wordt voortgezet of niet. En er staat ook dat als hij dat niet doet, hij een zogenoemde aanzegvergoeding aan de werknemer moet betalen. Die aanzegvergoeding is gelijk aan één bruto maandsalaris. Hoe onrechtvaardig het ook voelt, de aanzegvergoeding moet ook aan de werknemer worden betaald als duidelijk is dat de werkgever uitgebreid met de werknemer heeft gesproken over de beëindiging van het dienstverband. Zelfs als de werknemer toegeeft dat hij daarover geen enkele twijfel had. Het enkele feit dat niet schriftelijk is aangezegd is in principe voldoende voor de werknemer om aanspraak te kunnen maken op de aanzegvergoeding.