Dat schrijft minister Van Gennip van SZW in een brief aan de Tweede Kamer. In de brief staan ook de voorwaarden die voor de NOW-6 gaan gelden:
- de NOW-6 kan worden aangevraagd voor de maanden jan-maart 2022;
- de referentiemaand voor de loonsom is oktober 2021;
- de omzetdrempel blijft 20%;
- het vergoedingspercentage blijft 85%;
- de maximale omzetverliesgrens wordt 90%;
- het percentage loonsomvrijstelling blijft 15%;
- de forfaitaire opslag wordt 30%;
- het maximaal te vergoeden loon blijft tweemaal het maximale dagloon;
- werkgevers gestart na 1 februari 2020 maar uiterlijk 1 oktober 2021, kunnen NOW-6 aanvragen.
In de NOW-6 wordt met een andere definitie van de loonsom gerekend. Dit komt doordat de Polisadministratie van UWV per 2022 is gewijzigd. De loonsom bevat meer posten (zoals vakantietoeslag). Hierdoor valt de loonsom hoger uit. De forfaitaire opslag wordt daarom 30% in plaats van 40% (zoals in de NOW-2 tot en met NOW-5).
Berekening referentieomzet NOW-6
In de NOW-5 is de maximale omzetgrens 85%. De referentie omzetperiode in de NOW-6 wordt in beginsel berekend door de omzet van 2019 te delen door vier (in plaats van de omzet in 2019 gedeeld door zes, zoals in de NOW-5). Voor starters (gestart na 1 januari 2019, maar uiterlijk op 1 oktober 2021) en in het geval van overnames wordt hiervan afgeweken, net als in de NOW-5.
In de NOW-6 wordt ook een wijziging opgenomen ten aanzien van het begrip ‘overname’. De wijziging zal gelden voor de NOW-2 t/m NOW-6 en zorgt ervoor dat een bedrijf dat met een zuivere aandelentransactie een bedrijf heeft overgenomen, gebruik kan gaan maken van de startersmethodiek voor de referentieomzet-berekening.
Ruime terugbetalingsregeling mogelijk voor NOW-1
Minister Van Gennip informeert de Kamer ook over de stand van zaken rond het vaststellingsproces van de NOW-1. Zij meldt dat 5.840 bedrijven geen vaststelling hebben aangevraagd. Deze werkgevers moeten het voorschot terugbetalen. Daarnaast hebben 132.123 wel vaststelling aangevraagd. Sommigen hebben vaststelling aangevraagd, maar nog geen derden- of accountantsverklaring geleverd. Deze werkgevers krijgen tot 20 april a.s. de tijd om de aanvraag hiermee aan te vullen.
Circa 70% van de werkgevers die NOW-1 hebben aangevraagd moet (een deel van) het voorschot terugbetalen. Vaak komt dit doordat de werkgever toch een hogere omzet had dan opgegeven. Deze werkgevers ontvangen een beschikking en krijgen dan 6 weken de tijd om contact op te nemen met UWV om een betalingsregeling af te spreken (maximaal 5 jaar afbetalen is mogelijk). Reageert een werkgever uiteindelijk niet op herinneringen en aanmaningen, dan zal UW overgaan tot gerechtelijke invordering. ‘UWV doet er gedurende het hele proces alles aan om zoveel mogelijk met de situatie van de werkgever mee te denken, samen tot een oplossing te komen en rekening te houden met de omstandigheden’, schrijft Van Gennip.
Foto: Shutterstock